bonenkruid

Bonenkruid

Bonenkruid is een plant uit de lipbloemenfamilie, net zoals peulvruchten. De plant bezit talrijke, groene, glanzende, lancetvormige blaadjes die aan de gave randen met fijne haartjes zijn bezet. In de nazomer verkleurt het blad tot dieppaars.

De smaak is verwant aan die van tijm. De hele plant is aromatisch en de geur doet denken aan een mengeling van lavendel en appels, met een lichte muntsmaak.

Weetje

  • De wetenschappelijke naam van bonenkruid (satureja) is afgeleid van sater. Bonenkruid werd ten tijde van de Romeinen vooral door de volgelingen van Bacchus, de god van de roes en de wijn, gebruikt. Ze droegen het in de vorm van kransen in hun haar en snoepten er geregeld van om hun potentie te verhogen. Bonenkruid zou één van de oudste potentie-verhogende middelen zijn.
  • Bloeiende takjes bonenkruid kunnen in de kleren- en linnenkast worden gelegd om motten en zilvervisjes te weren. Gekneusd blad is volgens oude boerenopvattingen een remedie tegen bijen- en wespensteken.

 

Gezondheid

Bonenkruid heeft een bloedstelpende werking door de aanwezigheid van looistoffen. Etherische olie van dragon oefent eerst een stimulerende, daarna een dempende invloed uit op het centraal zenuwstelsel.

Bereiding

Tegenwoordig wordt bonenkruid vrijwel alleen gebruikt in combinatie met tuinbonen en andere bonen en erwten. Het bestrijdt een beruchte bijwerking van deze peulvruchten, nl. de vorming van gasbellen in de darmen. Kook de blaadjes mee met alle soorten peulvruchten. Bij ingemaakte snij- en sperziebonen heeft het 't nut dat het de inmaaksmaak wegneemt.

Het kruid bewijst ook uitstekende diensten door zetmeelspijzen en zware wildschotels lichter verteerbaar te maken. Het wordt ook gebruikt om rauwkostschotels, azijn en soepen op smaak te brengen.

Recepten