chinese kool

Chinese kool

Chinese kool is een snelgroeiende kool afkomstig uit Oost-Azië. Het wordt ook wel Chinakool of pe-tsai genoemd. Al in de 18e eeuw werd Chinese kool door missionarissen als een veel in China gebruikte groente gesignaleerd. De kool wordt in China (rond Peking), Japan, Korea en Taiwan op grote schaal geteeld. De naam is enigszins misleidend want deze groente mist de uitgesproken koolsmaak. De bladgroente heeft een ietwat zoete smaak. Het is een losse krop van langwerpige, gekrulde bladeren met een brede, sappige nerf.

Bewaring

Men kan Chinese kool 1 à 2 weken bewaren in een papieren zak op een koele plaats. Je gebruikt best de bladeren één voor één in plaats van de krop volledig doormidden te snijden. Zo blijft hij langer vers en kan je er dus ook langer van genieten.

Gezondheid

Chinese kool is licht verteerbaar, arm aan calorieën (16 kcal per 100 gr) en bevat veel vitamine C en calcium. Het heeft ook een hoog nitraatgehalte.

Bereiding

Chinese kool is gemakkelijk te bereiden en snel gaar. Verwijder de eventuele minder mooie buitenbladeren. Vervolgens kan je de rest van de kool grof of fijn snijden. Je kan haar koken, stoven, roerbakken of rauw eten. Voor stoven of koken geldt een bereidingstijd van ongeveer 10 minuten. Roerbakken kan iets korter. Voor salades kan je het beste de binnenste delen gebruiken. Want voor Chinese kool geldt: hoe meer naar binnen toe, hoe malser de bladeren zijn. De bladeren worden ook vaak gebruikt om ingrediënten in te pakken, bv. in koolrolletjes.

Recepten